Verhaal van beleidsmedewerker Gerike en zorgcoördinator Lilian

"Voor mij is het belangrijk dat we bewoners behandelen zoals we zelf behandeld willen worden als we oud zijn: met respect, aandacht en liefde. Dat is de kern van ons werk."

RecruiterMieke Gouman

Meer informatie over werken bij de Rozelaar of even sparren? Neem vrijblijvend contact op met onze recruiter Mieke.

06-48045986 06-48045986 Mail naar Mieke

 

Het verhaal van Gerike en Lilian staat in ons magazine erbij:
(februari 2025)

Lees al onze magazines hier:

 

Bij de Rozelaar wordt vergrijzing steeds zichtbaarder. De Rozelaar ziet een duidelijke verschuiving in de leeftijdsopbouw van de bewoners en deelnemers. "In Nederland is vergrijzing een bekend onderwerp, en wij zien dat ook terug bij onze doelgroep. Je moet daarbij bedenken dat veroudering bij mensen met een verstandelijke beperking al vanaf hun 40e kan beginnen," zegt Gerike Nagel, beleidsmedewerker zorg bij de Rozelaar. "Vijf jaar geleden hebben we onze populatie geanalyseerd. De cijfers waren opvallend: in 2020 was ongeveer 40% van onze cliëntgroep 40-plus. In 2030 zal ruim 80% van onze bewoners en bijna 60% van onze deelnemers ouder zijn dan 40 jaar. Dat is een flinke verschuiving."

Volgens Lilian Doest, zorgcoördinator op woonlocatie de Vlinder in Barneveld, vraagt deze ontwikkeling om een andere aanpak. "Mensen met beperkingen, zoals het syndroom van Down, worden eerder als ‘oudere’ beschouwd," legt ze uit. "Door bijkomende gezondheidsproblemen is hun zorgbehoefte vaak vergelijkbaar met die van iemand die twintig jaar ouder is. Dit vraagt om specifieke ondersteuning die aansluit bij deze fase in hun leven."

Op woonlocatie de Vlinder wordt dit steeds duidelijker zichtbaar. "Deze woongroep wordt vaak nog gezien als de jonge groep van de Rozelaar," vertelt Lilian. "Maar dat was twaalf jaar geleden zo, bij de start van de Vlinder. Inmiddels zijn die jonge mensen halverwege hun leven. Het besef groeit dat ze geen begin-twintigers meer zijn. We hebben nu te maken met cliënten die ouder worden en een andere soort zorg nodig hebben." Dit geldt ook voor de andere locaties van de Rozelaar.

 

Omschrijving van afbeelding(nog in te vullen)
Omschrijving van afbeelding(nog in te vullen)
 

Van bewustwording naar beleid

De verandering in de leeftijdsopbouw vraagt om het ontwikkelen van beleid, en dat is waar Gerike en haar collega’s mee aan de slag gaan. "We zijn in september '24 gestart met een werkgroep die zich richt op het ontwikkelen van een visie en beleid rondom ouder wordende cliënten," legt Gerike uit. "De opdracht is tweeledig: een strategie formuleren voor de langere termijn en nu al praktische handvatten bieden aan begeleiders."

Het helpt bijvoorbeeld als zorgteams weten bij wie ze terecht kunnen voor extra ondersteuning. Want naarmate bewoners ouder worden, wordt de zorgvraag complexer. Een ergotherapeut bijvoorbeeld, die kan worden ingeschakeld om mee te kijken in de lichamelijke verzorging. Soms is tijdelijk een sta-op-hulpmiddel of tillift nodig, die we kunnen huren. Ook biedt zorgtechnologie mooie mogelijkheden, zoals het detecteren van vallen of dwalen van bewoners. Dit alles voorbereiden zodat zorgteams er mee aan slag kunnen, is een taak van de werkgroep.

Een belangrijk punt is ook hoe om te gaan met bewoners die geen ouders meer hebben, of waarvan de ouders niet langer in staat zijn beslissingen te nemen. "De werkgroep denkt ook na over andere vormen van ondersteuning. Gelukkig hebben we vaak te maken met heel betrokken families en wordt de vertegenwoordiging van ouders overgedragen naar een broer of zus."

Een liefdevolle en veilige omgeving

Een belangrijke kernwaarde in het beleid is het streven naar een veilige en vertrouwde omgeving voor de bewoners. "We willen dat bewoners zich gezien en gewaardeerd voelen, en dat ze zo lang mogelijk in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen," zegt Lilian. "Tegelijk moeten we eerlijk zijn over wat we aankunnen. Niet alle locaties zijn geschikt voor intensieve zorg. Denk aan locatie de Vlinder met meerdere verdiepingen en slechts één lift. Als een cliënt slecht ter been is, ben je afhankelijk van die ene lift. Dat soort praktische zaken zijn belangrijk om mee te nemen in ons beleid."

Het team kijkt ook naar samenwerkingsmogelijkheden met andere zorgorganisaties. "We kunnen niet alles zelf doen," zegt Gerike. "Samenwerken met palliatieve teams of reguliere thuiszorg kan helpen om de juiste zorg te bieden. Maar dat vraagt wel om goede afstemming."

Hier en nu

Naast fysieke aanpassingen en samenwerkingen vraagt de zorg voor ouderwordende cliënten ook om een andere mindset. "We zijn gewend om te werken met doelen: wat willen we bereiken? Wat zijn de volgende stappen? Maar bij oudere cliënten verschuift de focus," legt Lilian uit. "Het gaat meer om liefdevolle, warme zorg in het hier en nu."

Dit vraagt ook iets van de begeleiders. "Zij moeten bijvoorbeeld bijgeschoold worden in palliatieve zorg," zegt Gerike. "Ook is het belangrijk dat ze handvatten krijgen om beter aan te sluiten bij de beleving van de cliënt."

Praktische methodieken

Een van de methodieken die hierbij kan helpen, is de Methode Urlings. Lilian volgde recent een training in deze methode. "De Methode Urlings is gericht op het bieden van liefdevolle zorg en het aansluiten bij de beleving van de cliënt," legt Lilian uit. "Het gaat erom dat je niet pusht, maar kijkt naar wat iemand nodig heeft. Bijvoorbeeld door herinneringen op te halen met oude foto’s of muziek, of door op een rustige manier aanrakingen te gebruiken om iemand meer bewust te maken van zijn eigen lichaam."

Lilian geeft een voorbeeld van een oudere bewoner die niet wilde douchen of haar kleding laten wassen. "We wisten bijna niets over haar achtergrond. Haar ouders zijn al lang overleden, en er is nog wel een zus, maar die woont ver weg. In het begin probeerden we haar te overtuigen met schema’s en duidelijke afspraken, maar dat werkte niet. Dankzij de training heb ik geleerd om een stap terug te doen. Niet pushen, maar aansluiten bij wat zij nodig heeft. Nu vertrouwt ze mij, en mag ik haar helpen met douchen en kleding wassen."

 

 

Stappenplannen en signalen

Om begeleiders te ondersteunen, is het volgens Gerike belangrijk om een werkwijze en duidelijke checklists te ontwikkelen. "Bijvoorbeeld in de palliatieve fase," zegt ze. "Een simpele vraag als: ‘Zou je verbaasd zijn als deze bewoner binnen een jaar overlijdt?’ kan al een eerste indicatie zijn dat er meer nodig is. Dat kan leiden tot een gesprek met de familie over wensen en behoeften in de laatste levensfase."

Lilian benadrukt ook het belang van signalen herkennen van bijvoorbeeld dementie. "Soms schrijf je bepaald gedrag toe aan eigenwijsheid of een slechte bui, terwijl het eigenlijk een teken is dat iemand moeite krijgt met alledaagse dingen. Het is belangrijk dat begeleiders leren om die signalen te zien."

Toekomst

Voor Gerike en Lilian ligt de focus op het bouwen aan een toekomst waarin bewoners in iedere fase van hun leven de zorg krijgen die ze nodig hebben. "We willen dat bewoners zich gezien voelen, met aandacht voor hun fysieke én emotionele behoeften," zegt Gerike. "Dat betekent dat we als organisatie blijven leren en ons aanpassen aan de veranderende zorgvraag."

Lilian voegt daaraan toe: "Voor mij is het belangrijk dat we bewoners behandelen zoals we zelf behandeld willen worden als we oud zijn: met respect, aandacht en liefde. Dat is de kern van ons werk."

 

Locaties