Verhaal van vrijwilliger Mary

“Doordat ik kook, hebben de begeleiders meer tijd voor de bewoners”

Recruiter Mieke Gouman

Meer informatie over werken bij de Rozelaar of even sparren? Neem vrijblijvend contact op met onze recruiter Mieke.

06-48045986 06-48045986 Mail naar Mieke

 

Het verhaal van Mary staat in ons magazine erbij:
(november 2024)

Lees al onze magazines hier:

 

Mary van Schie uit Harderwijk kent Woonlocatie de Rozenhof van verschillende kanten. Ze is in de eerste plaats moeder van bewoner Ineke, maar ze komt er ook als kookvrijwilliger. Eén keer in de twee weken staat ze op dinsdagochtend in de keuken. “Het is ontzettend dankbaar werk.”

Mary’s vrijwilligerswerk bij Woonlocatie de Rozenhof begon met een oproep die ze voorbij zag komen. Omdat ze zelf erg van koken houdt, meldde ze zich aan. In eerste instantie een beetje aarzelend: zou ze als ‘moeder van’ niet te veel meekrijgen? Maar inmiddels is ze alweer een aantal jaar actief in de keuken.

Ze ziet het in de eerste plaats als een ondersteuning van de begeleiders. “Als bewoners rond half vier, vier uur thuiskomen van hun werk, vragen ze allemaal aandacht. Het is dan echt spits, en als je dan ook nog moet koken … Dat ik dat doe, scheelt voor de begeleiders die dag weer werk. Zo hebben zij meer tijd voor de bewoners.”

Proeven

Heel bewust kiest Mary ervoor om niet vlak voor etenstijd te komen, maar één keer in de twee weken op dinsdagochtend. “Zo ben ik niet in de drukte van het spitsuur op de Rozenhof én heb ik tijd om zelf thuis te koken,” legt ze uit.

Tijdens mijn kookbeurt maak ik vaak iets van een ovenschotel, die de begeleiders ’s avonds gemakkelijk kunnen afmaken. Ik kom niet voor de aardappels en de bloemkool, maar echt voor wat extra’s.”

Ze vertelt: “Als ik op dinsdagochtend rond half tien aankom, staan de boodschappen al klaar. Vanuit het weekmenu van de Rozenhof is bepaald wat ik mag koken. Ze houden er bij het samenstellen van dat menu natuurlijk wel rekening mee dat ik kom.

Soms kom ik zelf een recept tegen dat me geschikt lijkt. Dat laat ik Ineke proeven als ze in het weekend thuis is. Als het ons bevalt, stuur ik het door naar de Rozenhof en vaak zie ik het dan terug op het menu.

Op dinsdagochtend is het lekker rustig. De meeste bewoners zijn naar hun werk, Ineke zit vaak in de woonkamer te kleuren. Voor haar is het ook een fijn gevoel: mama is bezig, we kunnen met elkaar praten. Het geeft een stukje gezelligheid. Ik sta in m’n eentje in de keuken en kan echt m’n eigen gang gaan. Rond een uur of twaalf probeer ik klaar te zijn met koken. Soms lukt dat, een andere keer net niet.”

 

Omschrijving van afbeelding(nog in te vullen)

Erwtensoep

Mary heeft al veel verschillende dingen gemaakt: lasagne, wraptaart, rodekoolschotel en bloemkooltaart bijvoorbeeld. “En spitskool in bladerdeeg, daar is iedereen gek op. In de winter maak ik weleens een pan erwtensoep. Dat is veel werk en dat doe ik dan ook thuis. De gevulde pan breng ik vervolgens op de Rozenhof. En een enkele keer bak ik pannenkoeken als er iemand jarig is, maar vaak doen de begeleiders dat zelf.”

Gemiddeld kookt Mary voor zo’n twaalf personen: negen bewoners en drie begeleiders. “Soms kun je rekening houden met de eetwensen: niet iedereen lust bijvoorbeeld kaas over de lasagne. Dan kun je een hoekje zonder kaas maken, of een gedeelte zonder vlees voor een personeelslid dat vegetarisch eet,” zegt ze. “Maar meestal hoef ik daar geen rekening mee te houden, want personeelsleden nemen dan zelf wat mee. En als een bewoner iets echt niet lust, is er wel een kliekje uit de vriezer. Ik maak dus niet allerlei variaties op een maaltijd.”

Appje

Als het aan Mary ligt, gaat ze nog wel een aantal jaar door met haar werk als kookvrijwilliger. “De begeleiders zijn er blij mee, Ineke vindt het leuk en voor mij is het ook goed. Op andere dagen zouden er wat mij betreft ook wel kookvrijwilligers mogen komen, ter ontlasting van de begeleiders. Het is ontzettend dankbaar werk, ze zijn er echt blij mee.

En hoewel ik ’s ochtends alleen in de keuken sta, steekt deze of gene weleens z’n neus om het hoekje. ‘Wat ruikt het hier lekker’, hoor ik dan, of ik krijg de vraag: ‘Wat ben je aan het klaarmaken?’ Achteraf krijg ik soms een appje met ‘iedereen vond het weer heerlijk’. Dan denk ik: mooi zo.

 

Locaties